Het is dinsdag 11 maart 2025, ik parkeer mijn fiets aan de voorkant van ’t Onderdak. Het is 5 over half acht en alweer donker. Nog een weekje of drie wachten, dan is het weer zomertijd! Ik kijk door de ramen naar binnen. Een aantal leden hebben de oproep van Roel ter harte genomen en zijn reeds om half acht verschenen. Er werd al druk met tafels en stoelen geschoven, borden en stukken werden al naar binnen gedragen.
Plastic borden
“Heb je er zin in?” vraagt Menno H. aan me als ik binnenkom. Ik antwoord ontkennend, maar ik had nu eenmaal beloofd om het tweede team te steunen met de wedstrijd tegen Reynaerde B. Zo’n externe wedstrijd brengt toch altijd wat extra druk met zich mee, want je wilt uiteindelijk het beste uit jezelf halen voor het team. Ik help Menno met het opzetten van de borden, terwijl beide lokalen volstromen met clubleden en de externe tegenstanders van de avond.
Terwijl ik de laatste dozen uit de kast haal, komt een van de tegenstanders schoorvoetend naar me toe. “Hebben jullie ook van die plastic borden? Jeweetwel, voor de jeugd, waar ook de coördinaten op staan?” Ik kijk hem waarschijnlijk niet begrijpend aan want hij voegt er nog aan toe: “Dat is makkelijker voor mij… met noteren” Ik zoek onderin de kast en zie jeugdborden, waar ik zo’n 40 jaar geleden zelf op heb gespeeld. Ik geef hem nog een extra bord voor zijn collega op bord 1. Zelfde euvel blijkbaar, maar ik vermoed dat hier een tactiek achter zit; laat aan de tegenstander zien dat je een zwakte hebt, dan worden ze overmoedig. Later die avond zou Frans D. dit bevestigen. Bij bepaalde openingen doet hij regelmatig of hij de velden op het bord telt, zodat de tegenstander in zijn val zal trappen. Hoop doet leven, Frans.
Stilteruimte
Als de tussendeur eenmaal gesloten is en de rust in de kamer is neergedaald, valt mij op dat naast de externe partijen, er maar één intern potje wordt gespeeld op de rij tafels naast ons. Igance speelt tegen Menno van Dijk. Blijkbaar heeft Ignace lering getrokken uit het debacle van vorige week, en heeft hij zijn tegenstander met opzet meegetroond naar de relatieve stilte van de wedstrijdkamer. Deze tactiek werkt in ieder geval, want hij wint. U bent allen gewaarschuwd.
Opgave
Ik ben redelijk snel klaar met mijn partij. Mijn paard slaat de ongedekte koningspion op de derde rij en dreigt daarna nog veel meer verschrikkelijke dingen te doen. Met grote ogen begint mijn tegenstanders de stukken meteen terug te zetten naar een eerdere stelling. “Ik neem aan dat u opgeeft?” vraag ik hem. Hij knikt lichtjes. We spelen de partij ‘om niet’ verder. Die win ik ook. Eerste bordpunt is binnen.
Ik kijk op de borden naast me. Paul gaat lekker en staat goed. Menno is aan het schuiven met stukken. Een redelijk gelijke stelling, waarbij hij in het eindspel een loperpaar heeft tegen een paard en loper. Na hevig overleg met de teamleider, dat is hij overigens zelf, komt hij tot het besluit dat een remiseaanbod de stelling op het bord gestand doet. Zijn tegenstander kijkt verschrikt om zich heen om te zien waar zijn teamleider is. Die zit natuurlijk op een ander bord te spelen. Na enig overleg en met een blik op de tussenstand besluiten ze dit aanbod naast zich neer te leggen.
Al snel daarna staat het qua punten weer gelijk. Jelle laat zijn loper in de hoek drijven en kan een bestorming op de koning niet keren. Hoofdschuddend geeft hij op. Hij moppert nog wat, zet de stukken in de beginpositie en plaatst de koning van de tegenstander in het midden van het bord.
Aanvallen!
Paul heeft een doorgebroken vrijpion. De tegenstander valt deze met alle hevigheid aan. Daardoor vergeet hij echter zijn koningsvleugel goed te verdedigen. De vrijpion wordt gelaten voor wat het is en Paul gebruikt zijn zetten om de koning van de tegenstander onder druk te zetten. Deze druk wordt zwart teveel en ook Paul kan een punt bijschrijven.
Ondertussen heeft Menno zijn lichte positionele voordeel stevig verbeterd. Zijn koning heeft de achterste linie bereikt en kan een aantal pionnen oprapen. Het is nu paard tegen loper met vrijpion geworden. De tegenstander gaat door tot hij bijna mat staat. Lachend zegt Menno tegen mij dat zijn remiseaanbod aangenomen had moeten worden, maar dat mijn vroege winst zijn tegenstander had gedwongen door te gaan. Ik ben blij met mijn extra bijdrage aan deze avond… Maar toch netjes afgemaakt, Menno.
Donkere wolken
Ondertussen trekken zich donkere wolken samen boven bord 1 en 2. Herman en Frans hebben beiden veel tijd verbruikt tijdens de opening en hebben dat niet kunnen vertalen in een betere stelling, integendeel. Frans strijdt met een pion minder en probeert zijn handtekening aan het spel te geven door chaos te veroorzaken. Maar met slechts een paar pionnen op het bord is het een chaos op miniformaat. Na veel geschuif strijkt hij de vlag, Zelden heb ik iemand na een partij zo blij gezien met het aantal zetten; Frans is zeer opgetogen over het feit dat hij het meer dan 80 zetten heeft volgehouden. We zullen snel nieuwe boekjes aanschaffen.
Herman kan het tempovoordeel, dat zijn tegenstander heeft, niet teniet doen. Een pion kan vrij doorlopen naar de achterste lijn en met nog luttele seconden op de klok moet ook Herman het punt aan de tegenstander laten.
Ons zestal heeft de punten moeten delen, eindstand 3-3. Onze tegenstanders zijn goedgehumeurd, nemen nog een biertje en laten nog wat grote flappen achter in het muntendoosje. Sam, we hebben wisselgeld nodig voor de volgende externe!
Marco de Nooij
| Persoonlijk klassement SSC-B, 3e klasse B |
Aantal gespeeld | Totaal |
| Frans van Dorsselaer | 5 | 2 |
| Jelle Verdoes | 4 | 1 |
| Menno Hoogendoorn | 3 | 2 |
| Johan de Haas | 3 | 1 |
| Maaike Valkenburg | 4 | 2,5 |
| Kas Jansen | 2 | 2 |
| Herman Maas | 5 | 2 |
| Paul de Haas (inv) | 3 | 2 |
| Marco de Nooij (inv) | 1 | 1 |





