De Wijze Lessen van Meester Frans
Les 1. Regels
- Je mag NIET aan je stukken zitten als de tegenstander aan de beurt is. Alleen in je eigen tijd en onder het uitroepen van j’adoube (zjadoeoebe). Weten waar dat vandaan komt? Leve Wiki, check hier.
- Je mag bij externe wedstrijden niet in je notatieboekje noteren. De WL hoort individuele blaadjes uit te delen waarop je je zetten noteert. Dit, om te voorkomen dat je stiekem geheime notities in je boekje hebt staan, of terugbladert naar een mooie partij waar je een goede strategie uit kunt halen …
- Alleen in tijdnood (minder dan 5 minuten te spelen) en zònder increment hoef je niet meer te noteren. Als je vanwege increment er weer tijd bij krijgt waardoor je meer dan 5 minuten speeltijd hebt, moet je de notatie bijwerken. (Ik blijf wel schrijven, bedacht ik me meteen.)
- Remise-aanbod. ‘Zullen we maar remise doen?’ is niet hoe het heurt. Zo moet het:
Je doet een zet.
Al zettend zeg je: ‘Ik bied remise aan.’
Dan druk je de klok in.
Heel belangrijk: achter de zet van degene die remise aanbiedt zet je een is-teken (=). Check of je tegenstander dit ook doet. Doet hij het niet, roep dan – als hij niet ingaat op je wanhopige geroep om het is-teken – desnoods de arbiter (eerst de klok stil zetten, dat leuke knopje in het midden, tussen de twee schermpjes met de tijdsaanduiding in). Dit is namelijk bewijsstuk A. Mocht er achteraf discussie zijn (bijvoorbeeld doordat je tegenstander wacht tot jij nog 40 seconden op je klok hebt en gewoon verder speelt. ‘Huh, ik bood toch remise aan?’ ‘Huh, ik heb niets gehoord …’) Dus om dit soort valsche streken te voorkomen: noteren en checken of de vijand het ook doet.
Ter lering ende vermaak stelt de meester af en toe een leuke tussenvraag. ‘Waarom zijn er eigenlijk regels bedacht?’ ‘Eh, ah, oh, oe, hm, wah, ffffww, poeh …’ Het antwoord luidt: ‘Omdat het dus vaak fout ging. Bij iedere fout die gemaakt wordt en die niet in de regels staat, wordt er weer een nieuwe regel bedacht. Die worden zo’n beetje jaarlijks geactualiseerd (jee, een Nederlands woord, niet eens geüpdatet) tijdens de Olympiade.’ Als het dan maar niet wordt zoals in Nederland met al die regels, regel 1 zou daar moeten zijn: kappen met al die regels, zooitje ongeregeld.
- Een remise-aanbod kan niet ingetrokken worden! Ook als de volgorde verkeerd is van remise aanbieden, is het nog steeds een remise-aanbod.
- Je mag je tegenstander niet storen als hij aan zet is. Dus ook niet met een remise-aanbod in de tijd van de tegenstander. Als er op een onredelijke wijze (ik vroeg me later af wat er met ‘onredelijke wijze’ (nog meer) bedoeld wordt) remise aangeboden wordt, zet je de klok stil en roep je de arbiter. Die kan dan straf geven. Hoera. Je krijgt er bijvoorbeeld tijd bij. De scheidsrechter bepaalt wat de (tijd)straf is. Daar zijn natuurlijk ook weer regels voor ????.
- Als je de tegenstander niet meer mat kunt zetten en je hebt remise aangeboden is het ook remise, zelfs als je daarna door je vlag zou gaan. Ook opgeven in een stelling waarin niet meer mat gegeven kan worden, leidt tot remise. Lekker rustig idee wel.
Meester Frans spoedt zich naar een tafel met schaakbord en tovert een stelling met twee koningen en twee zwarte paarden in dezelfde kleur op het bord. Mat zetten kan niet, alleen met hulp van de vijandelijke koning. Ergo: remise.
- Als er een overtreding gemaakt wordt is de arbiter verplicht om in te grijpen en straf te geven. Eerst de klok stop zetten natuurlijk! ‘De straf loopt uiteen van een waarschuwing tot …’ ‘een vuurpeloton?’ roept Marcel verlekkerd. ‘Nee, tot volledige schorsing!’ Dus een straf kan bestaan uit een waarschuwing, tijd eraf, tijd erbij, partij verloren verklaren (wat niet automatisch inhoudt dat de ander de uitslag ‘gewonnen’ krijgt toebedeeld; de uitslag kan derhalve ook b.v. 0-0.5 zijn), etc.
- Vooraf afspreken om remise te doen is strafbaar, kan leiden tot een 0-0 of een geldboete voor ‘het in diskrediet brengen van de edele schaaksport’.
Weer een kleine quizvraag tussendoor van meester Frans: ‘Wanneer zijn de regels voor het laatst aangepast?’ De antwoorden variëren van 1850 tot 1924 tot ‘geen idee’. Het blijkt januari 2023 (!) te zijn!! Het gaat om kleine aanpassingen, zo meldt de meester, ten aanzien van Blitz en Rapid.
- Nog even verder met de lijfstraffen. Illegale zet? Twee minuten tijdstraf. Verder dus een waarschuwing, vermeerderen van punten, verminderen van punten, ‘gewonnen’ verklaring, ‘verloren’ verklaring – dit bepaalt ook de score van de tegenstander. Ook een vooraf bepaalde geldboete behoort tot de mogelijkheden. Een speler uitsluiten van één of meerdere ronden of zelfs voor een hele competitie. Zou levenslang ook tot de mogelijkheden behoren, vraag ik me af. Maar het is acht uur, de les is voorbij en onder luid applaus starten we met de interne competitie. Niet nadat de meester ons nog een smulfilmpje belooft waarin GM Cheng tegen GM David Howell foutief met de stukken omgaat, n.l. niet stuk voor stuk zetten, maar twee tegelijk en eerst het gepromoveerde stuk zetten voordat het geslagen stuk (per stuk) verwijderd is, Nou ja, we gingen helemaal stuk. En het is meteen het einde van dit stukje. Frans superbedankt voor de wijze lessen en graag tot de volgende avond.





